Interview / Koert van Mensvoort
Cursor 09 Nov 2004


“Ik heb geen beroep en dat is heerlijk”

Monique van de Ven
Foto: Bart van Overbeeke

‘Koert recommends Koert for almost everything’, zo staat zelfbewust vermeld op de website van ir. Koert van Mensvoort MFA, parttime universitair docent bij Industrial Design. Ironisch bedoeld, zo benadrukt de kunstenaar/onderzoeker, maar typerend is het wel. Werken doet Van Mensvoort naar eigen zeggen nooit -of juist altijd-, hij rolt van het ene project in het andere en fascinaties heeft hij ogenschijnlijk teveel om op te noemen - maar wélke?

‘Investigating the strange and the beautiful’, zo omschrijft Van Mensvoort zijn voornaamste interesse op www.koert.com. “Maar ik betwijfel of dat klopt; eigenlijk wéét ik nog niet wat mijn fascinatie is.” Twee thema’s die in elk geval regelmatig terugkeren in zijn bezigheden, zijn de relaties tussen mens en media en tussen realiteit en fictie. “Onze werkelijkheid hangt, mede door allerlei nieuwe media, heel los aan elkaar. Bijvoorbeeld ons idee van plaats en afstand is heel erg veranderd. Ik hoop mensen daarover te laten nadenken door mijn werk.”

Als kind was Van Mensvoort al een druk baasje, of ‘een beschouwende doener’, zoals hij zelf omschrijft. Zo bracht hij op de lagere school het blad Zwets uit, was hij fanatiek huttenbouwer en stortte hij zich als tiener onder meer op het maken van videogames. Zijn bedrijfje, waaruit ook diskettemagazine Snout voortkwam, werd een serieuze business. “Er gingen geen enorme bedragen in om, maar voor een vijftienjarige verdiende het beduidend beter dan een krantenwijk.” Vanuit die spelletjesproductie leek de TU/e-opleiding Technische Informatica een logische stap. “Op zich goed bedacht, want die studie ging vrij makkelijk. Toch miste ik het visuele, het creatieve en het communicatieve dat ik bij die spelletjes wél had.” Van Mensvoort vond dit aan de Utrechtse kunstacademie, die hij als tweede studie erbij nam. “Wel vond ik het allemaal iets te toegepast, te weinig prikkelend; de meeste mensen daar waren gewoon bezig een soort grafisch ontwerper te worden. Later ben ik aan de voortgezette kunstopleiding van de Rietveld Academie, het Sandberg Instituut, gaan studeren en dat beviel beter. Ik was inmiddels wat serieuzer en beschouwelijker, had bovendien interesse gekregen in filosofie, dus dat heb ik óók gedaan. Het leuke van filosofie is dat je ontdekt dat je op allerlei manieren over dingen kunt denken.” Zijn huidige bezigheden vormen als het ware een mix van die -al dan niet afgeronde- studies: hij is onderzoeker, docent, ontwerper en kunstenaar en heeft een ontwerpbedrijfje. Enkele projecten van Van Mensvoort zijn de televisiedocumentaire ‘Het bos ruikt naar shampoo’ over de spanning tussen werkelijkheid en simulatie, zijn online dansfilm ‘Drift’ en de ‘Active Cursor’, waarvoor hij in 2001 een Internet Society Award ontving. Dit computerprogramma kan een muisgebruiker verschil in structuur laten voelen.

Ook is Van Mensvoort presentator en medeorganisator van de Biggest Visual Power Show, die het midden houdt tussen een conferentie en een popconcert. Thema van de tweede editie -in januari 2005 in Paradiso- is Next Nature, oftewel de tegenstelling tussen en verwarring over natuur en cultuur. Van Mensvoort wil deze show mede gebruiken om input te verzamelen voor zijn volgende documentaire ‘Na ons de mens’, over wat het betekent om mens te zijn in een mediacultuur. “Ik heb altijd veel om handen gehad”, beaamt hij. “En het leuke eraan: ik heb geen beroep, en dat is heerlijk. Ik ben dag en nacht dezelfde persoon, die weliswaar door allerlei verschillende gebiedjes wandelt. Jezelf nooit anders hoeven voordoen is heel prettig.” Dat Van Mensvoort zichzelf op zijn site voor bijna alles aanbeveelt, is geen toeval. “Waar dat uit voorkomt, is dat ik geen zin heb om me met welke discipline dan ook níet te bemoeien. Als ik de behoefte voel om volgend jaar socioloog te worden, ook al weet ik daar niks van, dan word ik socioloog.”

“Grenzen vervagen, hokjes zijn ouderwets. Al die studies en banen komen voort uit een bewuste strategie om overzicht te krijgen; daar heb ik behoefte aan. Bovendien zou ik het gewoon heel saai vinden om mezelf al te goed te snappen; het moet wel spannend blijven. Ik zie altijd wel ergens een nieuwe deur of een kier waar ik weer achter ga kijken”./.